Syntaxis
Elke gesproken taal heeft een algemene set regels voor hoe woorden en zinnen moeten worden gestructureerd. Deze regels worden gezamenlijk de taalsyntaxis genoemd. Bij computerprogrammering dient syntaxis hetzelfde doel, waarbij wordt bepaald hoe declaraties, functies, opdrachten en andere instructies moeten worden geregeld.
Veel computerprogrammeertalen delen vergelijkbare syntaxisregels, terwijl anderen een uniek syntaxisontwerp hebben. Bijvoorbeeld, C en Java gebruik een vergelijkbare syntaxis, terwijl Perl heeft veel kenmerken die niet in de C- of Java-talen worden gezien.
Een programma broncode moet de juiste syntaxis hebben om compileren correct en worden omgezet in een programma. In feite moet het een perfecte syntaxis hebben, anders kan het programma niet compileren en een "syntaxisfout" produceren. Een syntaxisfout kan zo eenvoudig zijn als een ontbrekend haakje of een vergeten puntkomma aan het einde van een instructie. Zelfs deze kleine fouten zorgen ervoor dat de broncode niet wordt gecompileerd.
Gelukkig zijn de meeste geïntegreerde ontwikkelomgevingen (IDE) bevatten een parser, die syntaxisfouten in de broncode detecteert. Moderne parsers kunnen zelfs syntaxisfouten markeren voordat een programma wordt gecompileerd, waardoor de programmeur deze gemakkelijk kan vinden en repareren.
NOTITIE: Syntaxisfouten worden ook compilatiefouten genoemd, omdat ze kunnen voorkomen dat een programma compileert. Fouten die optreden in een programma nadat het is gecompileerd, worden aangeroepen runtime fouten, omdat ze optreden wanneer het programma wordt uitgevoerd.