Bus
Terwijl de wielen op de bus "rond en rond" kunnen gaan, gaan gegevens op de bus van een computer op en neer. Elke bus in een computer bestaat uit een reeks draden waarmee gegevens heen en weer kunnen worden doorgegeven. De meeste computers hebben verschillende bussen die gegevens naar verschillende delen van de machine verzenden. Elke bus heeft een bepaalde grootte, gemeten in bits (zoals 32-bit of 64-bit), die bepaalt hoeveel gegevens in één keer door de bus kunnen reizen. Bussen hebben ook een bepaalde snelheid, gemeten in megahertz, die bepaalt hoe snel de gegevens kunnen reizen.
De primaire bus van de computer wordt de genoemd voorkant bus en verbindt de CPU naar de rest van de componenten op het moederbord. Uitbreidingsbussen, zoals PCI en AGP, toestaan dat gegevens van en naar uitbreidingskaarten worden verplaatst, inclusief videokaarten en andere I / O-apparaten. Hoewel er verschillende bussen in een computer zitten, is de snelheid van de frontside-bus het belangrijkst, omdat deze bepaalt hoe snel gegevens de processor in en uit kunnen gaan.